Het Weeshuis van de Nederlandse Muziek

Veel muziek wordt geschreven, één of twee keer uitgevoerd en verdwijnt vervolgens in de archieven. In Het Weeshuis van de Nederlandse Muziek presenteert Splendor i.s.m. Muziekgebouw de mooiste uit het oog en oor de verdwenen Nederlandse meesterwerken uit de 20ste eeuw. Opgezocht, afgestoft en tot in de finesses gerepeteerd.

Het klinkende resultaat is te horen en te zien in een reeks concerten in Splendor, en daarna voor iedereen ter wereld op oa Youtube. VPRO's Vrije Geluiden zendt het materiaal live uit en zet het online, inclusief een downloadlink naar de bladmuziek. Zo krijgt je als luisteraar niet alleen toegang tot de muziek maar kunnen ook musici en ensembles van Tokyo tot New York deze Nederlandse meesterwerken horen, beluisteren en zelf spelen.

Programma zondag 2 april
Henri Zagwijn, componist, autodidact en volgeling van de antroposoof Rudolf Steiner, was veertig jaar lang lang zeer actief in het Nederlandse muziekleven. Maar waarom zijn prachtige en zeer intense liedcyclus Galgenliederen ?vrijwel nooit uitgevoerd wordt is overduidelijk: er zijn niet zoveel mannenstemmen die het buitengewone moeilijke bereik aankunnen! Voor het Weeshuis van de Nederlandse Muziek durft de geweldige zanger Pieter Hendriks het wel aan.

Weinig componisten hebben voor meer reuring in het muziekleven gezorgd dan Peter Schat. Revolutionair en eigenzinnig had Schat had al op jonge leeftijd de muziekwereld van Nederland op zijn kop gezet. Maar dat hij ook in latere jaren in staat was om bijzonder krachtige muziek te schrijven is minder bekend. Genen voor viool en piano, geschreven voor niemand minder dan Janine Jansen, maakte wel meteen indruk bij de première: NRC-recensent Ernst Vermeulen schreef: "Boeiend...Genen is één zinderend pathetisch allegro moderato dat ook als zodanig opwindend in één grote spanningsboog werd opgebouwd, Janine Jansen overtrof zichzelf."

Het Weeshuis van de Nederlandse Muziek is een productie van Stichting le Caméléon Philharmonique in samenwerking met Splendor, VPRO Vrije Geluiden en Muziekgebouw aan ‘t IJ, en wordt mede mogelijk gemaakt door bijdragen van Buma Cultuur, het Mediafonds en het Fonds Podiumkunsten.