SoundLAB in Stedelijk Museum
7 maart 2023
Hoe klinkt vierkant? Welk geluid heeft geel? En hoe klinkt het samen? Muziek is een belangrijke inspiratiebron voor veel kunstenaars. Sommigen gebruiken eigenschappen van muziek zoals ritme, contrast en herhaling in hun werk. Anderen zien kleuren en vormen bij het luisteren naar muziek.
In het Stedelijk Museum Amsterdam is nog tot 24 september 2023 de tentoonstelling MODERN te zien. Het Muziekgebouw maakte hiervoor drie speciale SoundLAB installaties die onder andere zijn geïnspireerd op werk van kunstenaars Wassily Kandinsky en Sedje Hémon. Bezoekers kunnen in dit SoundLAB onderzoeken hoe beeld en geluid samen een nieuw verhaal vormen. De installaties heten Kandinsky Canvas, Fabrieksmuziek en Voel- en plukmuren.
Over de relatie Kandinsky en muziek schreef Maurice Rummens, mede-curator van de tentoonstelling, de volgende toelichting:
Kandinsky en de muziek
De Russisch-Duitse kunstenaar Wassily Kandinsky (1866 – 1944) streeft vanaf de vroege 20e eeuw naar een nieuwe, abstracte beeldtaal, waarin specifieke gevoelens kunnen worden uitgedrukt. Aan de hand van het prestige dat de muziek als abstracte kunst geniet, benadrukt hij de zuiver beeldende kant van de schilderkunst, ten koste van het figuratieve, verhalende element.
Kandinsky typeert de beoogde beeldtaal met een begrip uit de muziek als de ‘Generalbass’ (basso continuo, ‘becijferde bas’), de laagste stem van een muziekstuk, die het verloop van de harmonie duidelijk maakt. In 1914 begint hij bewust te werken aan zijn ‘Generalbass’ en in 1926 verschijnt het resultaat: het boek Punkt und Linie zu Fläche (Punt en lijn tot vlak).
Dit boek markeert Kandinsky’s duidelijke overgang, midden jaren 1920, naar de geometrische abstractie. In Punkt und Linie zu Fläche en in zijn onderwijs aan het Bauhaus, een invloedrijk kunst- en architectuuropleidingsinstituut in Duitsland, vanaf 1922, noemt hij de punt het ‘oerelement van de schilderkunst’, de lijn als een in beweging gezette punt en verbindt hij kleuren en vormen met gevoelens. Kandinsky neemt ook grafische partituren op in zijn boek Punkt und Linie zu Fläche.
Wassily Kandinsky, Punkt und Linie zu Fläche, p. 46. © 1955 Nina Kandinsky, Neuilly-sur-Seine, boekontwerp Max Bill.
Synesthesie
Kandinsky schrijft voortdurend over beeldende kunst in muzikale termen: kleuren en vormen hebben een ‘innerlijke klank’, de kunstenaar bespeelt een ‘kleurenklavier’, waarvan de snaren zich in de menselijke ziel bevinden – door zijn kleurgebruik brengt de schilder deze zielesnaren ‘in trilling’. Deze opvatting sluit aan bij de 19e-eeuwse interesse in synesthesie, het horen van kleuren en het zien van geluiden, een fenomeen dat volgens deskundigen door vier procent van de mensen schijnt te worden ervaren.
Kandinsky heeft zelf in zijn jonge jaren een sterke synesthetische ervaring: tijdens het bijwonen van een uitvoering van Wagners Lohengrin in Moskou krijgt hij een fantastisch visioen van kleuren en lijnen. Hij verklaart het verschijnsel synesthesie met een muzikale vergelijking: een gewaarwording van het ene zintuig wordt doorgegeven aan het andere zoals in de muziek het ene instrument het andere doet klinken zonder dat dit laatste wordt bespeeld; of zoals een deel van een instrument andere delen doet meetrillen. Als voorbeeld noemt hij twee piano’s. Een noot die op het ene instrument wordt aangeslagen doet op het andere dezelfde noot weerklinken. Zijn werk is trouwens geen geschilderde muziek. De eigen aard van het beeldend medium blijft voor hem een gegeven: hij ‘luistert’ naar de verf of inkt.
Voorafgaand aan Kandinsky’s prentenserie Kleine werelden uit 1922 heeft hij in Rusland de geometrische abstractie van suprematisten als Kazimir Malevich en constructivisten als Vladimir Tatlin leren kennen. De lithografie Kleine werelden IV loopt door de scherp afgebakende geometrische vormen vooruit op de geometrisch abstracte werken die Kandinsky vanaf het midden van de jaren twintig maakt.
Wassily Kandinsky, Kleine Welten IV / Kleine werelden IV, 1922, lithografie, 35,9 x 28,9 cm, Stedelijk Museum Amsterdam, verworven 1955 (te zien in tentoonstelling MODERN: Van Gogh, Rietveld, Léger, zaal 14).
Kandinsky verwerkt ook partituurachtige vormen in zijn schilderijen en werken op papier. Zo schildert hij in 1934, nadat hij uit nazi-Duitsland naar Parijs is gevlucht, Twee omlijstingen met bladmuziekachtige elementen (afb. 3).
Wassilly Kandinsky, Deux entourages / Twee omlijstingen, 1934, olieverf en zand op doek, 89 x 116 cm, Stedelijk Museum Amsterdam, bruikleen Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), voormalige collectie Regnault (tijdens de duur van de tentoonstelling MODERN niet op zaal te zien).
Tekst Kandinsky: Maurice Rummens, wetenschappelijk medewerker Stedelijk Museum Amsterdam
Tentoonstelling MODERN
Wil je Kleine werelden IV in het echt zien en zelf ervaren hoe dit werk klinkt? Bezoek dan de tentoonstelling MODERN: Van Gogh, Rietveld, Léger en anderen, zaal 0.14 in het Stedelijk Museum Amsterdam en het SoundLAB, onder de trap bij de uitgang van deze tentoonstelling (Museumplein 10, t/m 24 september 2023). De SoundLAB-installaties zijn zelf t/m 7 januari 2024 te bespelen in het Stedelijk Museum.
Boek via Stedelijk Museum
SoundLAB Muziekgebouw
In het Muziekgebouw vind je het originele SoundLAB waar het ontdekken van nieuwe klanken met wonderlijke instrumenten centraal staat.